Ashtanga Yoga in Theorie

Ashtanga = Eight limbs

‘De letterlijke betekenis van Ashtanga’

Ashtanga betekent letterlijk ”acht leden”. Deze acht leden worden in de Yoga Sutra’s van Patanjali beschreven als de acht paden van yoga. Het zijn dus paden, ofwel manieren (of middelen) om de absolute vrijheid te bereiken. Het woord ”vrijheid” verwijst hier niet naar een vrij bestaan of een leven zonder verplichten. Het verwijst naar ”verlichting” (ofwel ”Samadhi” – wat dus het achtste pad is). In deze staat zou je dus een heldere zicht hebben op alles wat bestaat en wat er is.

De acht paden zijn systematisch beschreven. Over het algemeen kan je zeggen dat ze van buiten naar binnen gaan, ofwel van extern naar intern: alle dingen waarmee je te maken hebt vanaf de buitenwereld naar het lichaam, van lichaam naar geest/ziel/verlichting.

De acht paden zijn:

  1. Yamas. Dit zijn richtlijnen of universele levenswaarden- en normen ten opzichte van anderen, je medemens en de buitenwereld. Het gaat erom hoe je je gedraagt en opstelt naar je medemens, naar de rest van de wereld. Maar ze hebben ook betrekking op jezelf. Uiteindelijk zijn het richtlijnen over wat je niet mag/kunt doen.
  2. Niyamas. Dit zijn de richtlijnen of waarden/normen ten opzichte van je zelf. Hier gaat het dus om hoe je je gedraagt naar je zelf toe, hoe je je opstelt naar je zelf, je lichaam, je eigen groei. Uiteindelijk zijn dit richtlijnen over wat je wel mag/kunt doen.
  3. Asana. De derde pad gaat om de houdingen; de fysieke practice van yoga.
  4. Pranayama. Dit zijn ademhalingstechnieken. Het zijn technieken waarbij je leert je adem langer te maken, en vast te houden bij zowel na een inademing als uitademing.
  5. Pratyahara. In deze stadium probeer je jezelf terug te trekken van externe prikkels. Ofwel je probeert hier controle te krijgen op je zintuigen. De eerste stap om steeds beter en dieper naar binnen te gaan.
  6. Dharana. Het betekent eigenlijk ”één-gerichte concentratie”. Het gaat hierbij om dat je je gedachte volkomen vasthoudt aan één specifieke ding/object/punt. Dharana is de contact met het object.
  7. Dhyana. Als bij het vorige pad gaat om je aandacht vast te houden bij één object, gaat het hier om de link tussen jou en dat ene object. Dhyana is de verbinding/connectie met het object.
  8. Samadhi. Het achtste en laatste pad waarbij je in een staat komt om het ultieme vrijheid te bereiken. Bij het vorige pad ging het om de link tussen jou en dat ene object; bij samadhi gaat het hier om de samenvoeging/het één worden met het object. Sommige vertalen het als ”verlichting”, ”bevrijding”, ”bliss”. Het is de hoogste mentale staat van concentratie die een mens kan bereiken. Ik denk zelf dat dit de staat is waarin je bewust wordt van ”Purusha”.

Het begrip ”Purusha” leg ik uit in Purusha & Prakritti

Hieronder worden de acht paden iets breder omschreven

Yamas

‘De vijf waarden en normen voor de ander maar ook voor jezelf – Zelfbeheersing’

In eerste instantie lijken deze vijf yama’s gericht op de ander, de buitenwereld. Maar je kunt ze ook goed op jezelf toepassen. De vijf Yama’s zijn:

1. Ahimsa1

Geen Geweld

Dit betekent dat je geen geweld mag gebruiken. Je toont eerbied op alle leven door geweldloos te zijn. Dit kan op drie verschillende niveaus worden toegepast, en als je er even bij stilt staat zie je dat het niet alleen geldt voor de medemens, maar ook op je fysieke omgeving, natuur en jezelf.

  • Fysisch – hier gaat het om dat je geen fysieke strijd met iemand (of iets) aangaat, en ook niemand (of iets) schade toe brengt.
  • Psychisch – hier gaat het om dat je ook in je denken, in je geest, los bent van geweld. Het betekent dus ook dat je los bent van vooroordelen.
  • Spiritueel – hier gaat het om dat je let op je eigen bewustzijn-toestand. je bent bereid om deze naar een hogere niveau te brengen. Alles wat dit tegenhoudt, kan worden gezien als vorm van geweld.

2. Satya2

Waarheid

Dit betekent dat we eerlijk moeten zijn naar de ander en naar je zelf toe. Maar Satya betekent iets meer dan alleen dit of geen leugens vertellen. Satya omvat het begrijpen en het accepteren van de waarheid zoals die is: over je zelf, over de wereld om je heen. We worden hierin uitgedaagd om de universele waarheid in te zien (wat dus afwijkt van je eigen waarheid). In Satya zie je de dingen zoals ze zijn, en niet hoe jij denkt dat ze zijn of hoe ze worden verwacht te zijn. Wanneer dit niveau van eerlijke zicht tot je is doorgedrongen zal je alles om je heen kunnen accepteren zoals ze zijn zoals ze zijn – je zelf maar ook de wereld om je heen.

3. Asteya2

Niet stelen

Asteya heeft hier betrekking op het ‘nemen van iets wat niet van jou is’. Het gaat hier niet alleen om het stelen van iemands fiets, auto, geld of andere spullen. Het gaat hier eigenlijk juist om het ‘stelen’ van iemands goedheid. Dus misbruik maken van iemand door een deal te sluiten waarbij de ander wordt benadeeld wordt ook gezien als ‘stelen’. Een ander voorbeeld is minder goed presteren op je werk, terwijl je weet dat je beter kan, of een goed idee van je collega afpakken.

In de yoga filosofie wordt het stelen kritisch bekeken en vereist dan ook een sterke bewustwording van je eigen handelen/houding. Je weet immers zelf hoe je door je eigen ontevredenheid, stress of verdriet een onaardige opmerking kunt maken naar een vriend, collega of familielid. Dus, ook het ‘stelen’ van iemands vreugde of blijdschap wordt hier meegerekend.

4. Brahmacharya3

Pad/beweging naar het ultieme

Brahman betekent ”goddelijke” of ”ultieme” en charya betekent ”pad” of ”beweging”. Brahmacharya houdt dus in dat je op het pad bevindt of in beweging bent naar het goddelijke of ultieme. Er wordt gekeken naar het correct/juist omgaan met energie. Als je een (groot) doel wilt bereiken en daar zo snel mogelijk wilt komen, dan moet je goed/verstandig omgaan met je energie. Daar gaat het om bij Brahmacharya: al je energie op een juiste manier en de juiste richting sturen zodat je komt waar je wil zijn.

Alle andere activiteiten die dit pad belemmeren of vertragen moet je proberen te vermijden of zo min mogelijk te doen. Door overmatig gebruik van alcohol, andere verdovende middelen, en/of extreem losbandig gedrag ‘misbruik” je jouw eigen energie. Het is de bedoeling dat je jouw eigen energie stuurt in de juiste richting; naar belangrijke en positieve dingen in je leven waarin je steeds bewuster wordt van je zelf, van de dingen die echt téllen.

Brahmacharya wordt vaak geassocieerd met een celibaat leven, en dat is niet helemaal het geval. Maar het is dan ook niet zo dat je van het ene (sexuele intieme partner) naar het andere overstapt. Maar binnen een huwelijk / liefdevolle relatie is (sexuele) intimiteit zeker toegestaan. Iemand die volgens de Brahmacharya principe leeft is extatisch vanuit zijn eigen natuur en ervaart dit soort intimiteit niet als het afpakken van zijn/haar partner’s genot. En zo moet het ook zijn. Als twee mensen van elkaar houden, dan gaat het om het delen van elkaars genot, in plaats van het wegtrekken/nemen van elkaars genot.

5. Aparigraha2,4

Geen hebzucht

Deze vijfde yama gaat over hebberigheid, ofwel onze verlangen om alsmaar dingen te bezitten. We kunnen het woord in drie stukken hakken; namelijk a – pari – graha.

  • Het stukje ”a” is het ontkennende gedeelde van het woord, dus betekent ”niet”.
  • Het tweede stukje ”pari” betekent ”vanuit alle kanten”,
  • Het laatste stukje ”graha” betekent ”het reiken naar”, ”verlangen/hunkeren”, ”hebben”.

Letterlijk betekent het ”niet-vanuit alle kanten-verlangen, willen hebben”. Of met andere woorden: niet meer willlen hebben/nemen dan wat nodig is. Je wordt in deze vijfde yama uitgedaagd tot ”non-attachement” (niet-hechten aan). Het gaat erom dat je leert om alleen maar datgene te nemen of te hebben dat op dat moment werkelijk nodig is. En die dingen weg te doen die je niet meer nodig hebt. Dit is in tegenstrijd met wat de huidige maatschappij ons doet geloven. Dat het hebben van veel spullen (kleding, schoenen etc) en ook dure en luxe materie (grote huizen, dure auto’s) ons juist gelukkiger gaat maken. Aparigraha gaat juist over het tegengestelde: dat het hebben van minder spullen ons dichterbij het werkelijke brengt, dat we bewuster gaan leven en daardoor gelukkiger worden.

Maar het heeft niet alleen betrekking tot materie. Het gaat hier ook om gedragingen, patronen en vooral ook gedachtes en herinneringen. Je blijven vasthouden aan het verleden, of jaloezie zijn ook vormen van ”bezit”. Je kunt dan voor jezelf nagaan waarom je je zo vasthoudt aan die gedachtes en herinneringen. Aparigraha gaat er juist over dat je die dingen loslaat die niet meer dienen, zodat er weer ruimte ontstaat voor andere inzichten en kennis/bewustzijn. Bewustwording dat je tevredenheid vindt in een simpeler (sober) bestaan/leven.

Niyamas

‘De vijf waarden en normen naar je zelf toe – Relatie met jezelf’

Als de yamas gaan over de relatie die je hebt met de buitenwereld, gaan de niyamas over de relatie met jezelf. De vijf niyamas zijn:

1. Shaucha5

Zelf – Zuivering/Reinheid

De eerste Niyama wordt vertaald als reinheid en zuiverheid voor zowel lichaam als geest. En je kunt dit wel op allerlei vlakken toepassen. Ik weet niet of ik hieronder een goede volgorde aanhoudt, maar het leek mij wel logisch om het begrip uit leggen. Ik leg het hier uit vanaf je omgeving, naar je lichaam en uiteindelijk je geest:

  • Het schoon en netjes houden van je omgeving waarin je leeft/woont, maar ook waar je je yoga doet.
  • Het schoonhouden van je lichaam door je geregeld te wassen/douchen en schone kleren te dragen. Maar ook tanden poetsen, je tong schrapen en je sinuses (neusholtes) schoonspoelen met een neti pot worden door sommigen hier meegerekend.
  • Het van binnen reinigen van je lichaam – en dat is wat je doet door yoga-asana’s (ofwel door op je mat te staan) en pranayama. Door geregeld je yoga oefeningen te doen (en daardoor te gaan zweten) komen de ”giftige stoffen” uit je lichaam. Door middel van ”pranayama” zuiver je de longen, verrijk je je bloed van zuurstof zuiver je de zenuwen.
  • Door goed en zuiver te eten houd je je lichaam ook zuiver en schoon. Voeding wordt hier gezien als het verzorgen en onderhouden van je lichaam (zodat ons spirituele groei kan doorgaan). Jezelf overeten of slechte voeding tot je te nemen wordt gezien als een belemmering van je spirituele groei.
  • Tenslotte het zuiver houden van je gedachtes, je geest – hier wordt bedoelt dat je je gedachtes positief en eerlijk en zuiver houdt. Onzuivere gedachtes zijn bijvoorbeeld haat, jaloezie, afgunst, etc. Ook de intentie waarmee je je werk doet is hier een gevolg van: doe je je werk alleen maar om beter te zijn dan je collega’s, voor alleen een promotie, etc? Kortom: Shauca benadrukt de puurheid in ons hart. De beste en grootste pure spirituele momenten, zijn die waarin we kunnen handelen zonder enige spoor van innerlijke conflict.

2. Santhosa1,6

(Innerlijke) Tevredenheid

Santhosa is een spiritueel, filosofisch begrip dat staat voor de bron voor de allerhoogste vreugde. (Ik vind het een prachtig concept). Het wordt vaak vertaald als ”tevredenheid”, maar het staat ook voor dankbaarheid, vreugde en blijdschap. Uiteindelijk wil je (als yogi) een toestand bereiken waarin je voortdurend in evenwicht en in stilte bent. Deze gemoedsrust is gebaseerd op tevredenheid.

Deze tevredenheid ontstaat uit een bepaalde acceptatie. Acceptatie van het leven in het algemeen, acceptatie van onszelf en datgene wat het leven ons heeft gebracht. Wanneer we tevreden zijn, zijn we gelukkig. Dus – en wat dus ook de sleutel is naar deze Niyama – vanwege de kracht van tevredenheid, wordt ”gelukkig zijn” uiteindelijk een keuze.

De vraag is nu hoe je zo een evenwichtige tevredenheid kunt krijgen als je toch een soort innerlijke teleurstelling hebt en enorm streeft naar verandering en verbetering. De kunst is om de verandering en verbetering zelf te creëren. Laat het verleden los. Veroordeel jezelf niet dat je niet wijzer, rijker of succesvoller bent dan op dit moment. Bevrijd je geest van alle verwachtingen. Dan zal je het leven in veel breder context kunnen plaatsen en de ”ups and downs” in harmonie/evenwicht kunnen doormaken. Houd in gedachte dat de stelling van yoga er vanuit gaat dat datgene wat je op ieder moment hebt ook gewoon voldoende is. Al je dat eenmaal doorhebt, zal geluk een solide plek nemen in je leven, en elk ambitie die je hebt voor in de toekomst zal als een optelsom worden toegevoegd aan je vreugde.

3. Tapas 1,6

Hitte – zelfdiscipline

Vanuit spiritueel en filosofische perspectief is tapas een concept voor brandende ijver en essentiële energie. Het combineert zuivering, zelf-discipline en soberheid. Ik vind het zelf geen makkelijk concept, maar voor zover ik het begrijp moet je tapas zien als een energie, die vrijkomt door bepaalde oefeningen (ik denk dat ze hiermee bedoelen pranayama en meditatie) waarmee je de lage aard kunt zuiveren en onder controle houdt. Voor de duidelijkheid: lage aard = het lichaam/materie. (In Purusha & Prakritti leg ik uit dat materie niet alleen je lichaam is, maar ook je gedachtes, herinneringen etc). Het gaat hier om de zuivering (ofwel splitsing) van lichaam en bewustzijn. Tapas is dus een oefening waarmee je dit kunt bereiken. Door het fysieke lichaam te beheersen en wilskracht te ontwikkelen; wilskracht om te vasten en volgens de Yamas en Niyamas te leven. Dit zal je namelijk helpen om uiteindelijk tot deze zuivering te komen, ofwel het loskoppelen van het lichaam van het ZIJN.

Ik snap dat de bovenstaande omschrijving vrij abstract is (speciaal voor diegenen die nog niet helemaal bekend zijn met de termen als Purusha en Prakritti). Daarom, om tapas beter te begrijpen en te kunnen toepassen in het dagelijks leven, zal ik het proberen uit te leggen vanuit de letterlijke betekenis. Tapas vanuit het Sanskriet betekent letterlijk ”geproduceerd uit hitte’’. Het verwijst naar een persoonlijke inspanning of discipline die nodig is om een doel te bereiken. Anders gezegd: Tapas is dus hitte dat wordt opgebouwd tijdens een periode van toegewijde inspanning. Tapas gaat dus gepaard met elk discipline die met totale overtuiging en vrolijke welwillend wordt aanvaardt om elk soort verandering teweeg te brengen. Denk aan veranderingen die positief effect hebben op je leven, zoals gezonder leven, nieuwe gewoontes, betere concentratie, of het inslaan van een andere richting in je leven die positief effect heeft.

Tapas focust energie, creëert passie/hartstocht, verhoogt kracht en vertrouwen. Je kunt zeggen: het beoefenen van asana’s (houdingen) is een vorm van tapas voor het lichaam, en meditatie is een tapas dat je geest/gedachtes zuivert en focust geeft.

Tenslotte – om het nog wat duidelijker te maken – kan je zeggen dat tapas te omschrijven is met ”juiste intentie”. Tapas gaat dus gepaard met elke handeling die je doet; bijvoorbeeld zoiets sufs als het dweilen van je vloer. Pas wanneer je een actie uitvoeren met volle toewijding en inspanning, worden ze uitgevoerd met tapas.

4. Svadhyaya1,6,7

Zelf-studie / Studie van het Zelf

Svadhyaya is een samengesteld woord vanuit het Sanskriet en bestaat uit Sva + adhyaya.

  • Sva betekent ”je bezit, je eigen, zelf, menselijk ziel”.
  • Adhyaya betekent ”een les, lezing, lectuur, hoofdstuk”.
  • Vanuit de bron ”dhai” kan adhyaya ook geinterpreteerd worden als ”meditatie, overdenken”.

Dus svadhyaya betekent letterlijk ”je eigen zelf lezen, leren of les”, of interpreteerd worden als ”een diepgaand, nauwkeurig studie van het Zelf”.

Zoals ik hierboven (bij Tapas) beschreef over de twee entiteiten ”materie” en ”bewustzijn”, gaat het hier bij Svadhyaya alleen over het ”bewustzijn”, of wel ”het Zelf”. Door je eigen ”bewustzijn, zelf” te lezen, bestuderen, kan je hierdoor uiteindelijk het grotere ”Bewustzijn” ontdekken, dat aanwezig is in het gehele universum. En uiteindelijk zal je ook begrijpen hoe je eigen zelf past, of deel uitmaakt van het grotere Bewustzijn.

Zelf-studie houdt ook in het bestuderen van je lichaam, wat de behoeftes zijn en de beperkingen. Uiteindelijk kan Svadhyaya worden beoefend als een proces van zelf-reflectie door in stilte te mediteren (in een houding) op je eigen gedrag, motivatie, plannen. Dit samen meegenomen in welke situatie je bent en in welke omgeving je je bevindt, terwijl je ook onderzoekt of benadert waar je je bevindt in je levenspad, welke richting je leven ingaat, en of wenselijke veranderingen kunnen leiden tot een meer completere ZELF.

5. Ishvara-pranidhana1

Zelf-Overgave

Ishvara Pranidhana is een samengegesteld woord vanuit het Sanskriet en bestaat uit Ishvara + Pranidhana.

  • Vanuit het oude sanskriet betekende Ishvara ”eigenaar of leider”, maar later werd dit verbreed naar ”God, de Absolute Brahman, de Ware Zelf, Onveranderlijke Realiteit”.
  • Met Pranidhana wordt verschillende dingen mee aangeduid zoals: ”berusten op, focusen op, toepassen, je aandacht richten op, mediteren, bidden tot, verlangen”.

Dat is heel wat, en je zou Ishvarapranidhana kunnen omschrijven als ”je berusten op de Absolute Brahman, ware Zelf, of God”. Met andere woorden: Ishvarapranidhana wijst erop dat je overgeeft, vertrouwt op een Hogere Macht/Doel, of in ieder geval iets wat veel groter is dan jezelf, dan alles om je heen.

Om deze laatste Nimaya te koppelen met de twee voorgaande, denk ik zelf dat Ishvara verwezen wordt naar ”het Zelf, Bewustzijn ofwel Purusha”. (Ik leg dit begrip verder uit). Patanjali definieert Ishvara in de Yoga Sutra als ”de Speciale Zelf” dat niet is aangetast/beïnvloedt door eigen obstacles/eigen beperkingen, door eigen omstandigheden (ontstaan door het verleden of door iemand anders), door eigen levenssucces, door eigen karaktertrekken.

Asana1,8

‘Houdingen’

Alhoewel yoga meteen wordt geassocieerd met ”houdingen” is dit dus de derde (en ook maar één) onderdeel van de 8 paden. Vanuit het Sanskriet betekent asana ”gaan zitten, een zittende houding, een mediterende zit/plaats/houding”. Van oudsher wordt met Asana (lichaams)houding aangeduid, en is (nog steeds) een algemene term voor een zittende meditatie pose.

Vanuit de Yoga Sutra’s definieert Patanjali asana als een houding dat ”stabiel en comfortabele” is. Volgens Patanjali is het doel van ”asana” om je rug/ruggegraat/wervelkolom zo lang mogelijk te maken en rechtop te houden zodat energie zo makkelijk en vrij mogelijk er doorheen kan stromen tijdens meditatie.

Tegenwoordig wordt asana aangeduid voor elk willekeurig yoga pose en vanuit elk moderne vorm van yoga is het doel om in elke asana een stabiele en comfortabele positie te zoeken. Ook in deze nieuwe yoga stijlen wordt het oorspronkelijke idee toegepast om in elke asana je ”spine” zo lang mogelijk te maken zodat de energie door heel je rug (lichaam) kan stromen.

Het is het best om je yoga-asana’s te doen op een lege maag zonder jezelf in elke houding te forceren. Om de voordelen te versterken kan je de asanas uitoefenen in combinatie met pranayama oefeningen zoals de ”ujjayi” ademhaling (of ”kapalbhati” – ook een intens vorm van ademhalen). Ongeacht welke yoga-stijl je beoefent is het de bedoeling dat je ”asanas” met een bewuste mindset uitvoert, als een middel om lichaam, geest en ademhalen samen te brengen.

Pranayama1,9

‘Ademhalingstechnieken’

Vanuit Sanskriet is Pranayama een samengesteld woord dat bestaat ”prana + yama”, maar ook Prana + ayama”.

  • Prana betekent ”vitale levenskracht”;
  • Yama betekent ”controle krijgen”;
  • Ayama betekent ”verlengen of uitbreiden”

In yoga wordt ademhaling geassocieerd met ”prana”, en dus kan ”pranayama” worden begrepen als het verlengen of uitbreiden van vitale levenskracht doormiddel van het (opzettelijk) controleren van de ademhaling. Met andere woorden: pranayama is een ademhalingssysteem of ademhalingstechnieken voor het aanspannen en manipuleren van universele energie hier genoemd als ”prana”.

Al in oude Indiase geschriften blijkt Pranayama al voor tekomen en worden er verschillende doelen beschreven. Deze ademhalingstechniek werd gebruikt voor zuivering, bereiken van vrijheid, je gedachtes te focussen, het stabiel krijgen van het lichaam en als aanvulling voor andere technieken zoals het chanten van mantra’s of meditatie.

Maar vanuit Patanjali’s visie in Yoga Sutra wordt Pranayama vooral gezien als voorbereidende ”practice”, die vereist is voor gevorderde technieken zoals ”prathyahara”, ”dharana”, dhyana”, die allen stap voor stap leiden tot ”samadhi”. Ofwel ”pranayama” geeft de mogelijkheid tot het richten/focussen van je gedachtes.

Om een indruk te krijgen hoe zo een ademhalingstechniek te werk gaat, kan je zeggen dat ”pranayama” vier fases kent, namelijk:

  1. Puraka (inademhaling);
  2. Anthara Kumbhaka (de bewuste pauze na inademhaling);
  3. Rechaka (uitademhaling);
  4. Bahya Kumbhaka (de bewuste pauze na uitademhaling).

Pratyahara10,11

‘Terugtrekken van je zintuigen’

Ik hoop dat de lengte van dit stukje uitleg je niet laat afschrikken, en het toch een poging geeft om het te lezen. Vooral als je veel meer wilt weten over mediteren en hoe dit tot stand kan komen. Ik denk namelijk dat dit een heel belangrijk stukje is om goed te begrijpen aangezien de 6de, 7de en 8ste pad hierop resulteren.

Vanuit het Sanskriet is Pratyahara te in verdelen in ”Praty + ahara”.

  • Praty betekent ”wegtrekken, terugtrekken”.
  • Ahara betekent ”voeding”.

Dus samen betekent het zoiets als ”’jezelf wegtrekken van datgene wat de zintuigen voedt”. Maar wat wilt dit nu zeggen?

Ik moet toegeven dat ik dit concept niet altijd goed heb begrepen, aangezien ik altijd heb gedacht (zoals heel veel andere teksten je doet geloven) dat ‘Pratyahara’ een bepaalde techniek is die je kunt leren en oefenen; een techniek om je zintuigen zo te trainen dat ze niet meer reageren op dingen waarvoor ze zijn bedoeld omdat je focust, of helemaal in gaat op maar één ding/object/situatie, etc. Maar zo simpel is het niet (wat me pas duidelijk is geworden door de woorden van Desikachar en Roach & McNally – en dat pas na een paar keer lezen). Wat heel belangrijk is: Pratyahara gebeurt gewoon vanzelf – wij kunnen er niet voor zorgen dát het gebeurt, we kunnen slechts de manieren/middelen oefenen waneer het kán gebeuren. Het laatste is in mijn ogen heel belangrijk.

Je vraagt je nu misschien dan af: ”wanneer ervaren we dan Pratyahara?” Heel simpel gezegd: we zijn in ”pratyahara” als we zo gefocussed zijn op een bepaalde handeling (die we doen) dat alle dingen die op dat moment om ons heen gebeuren ons helemaal voorbij gaan. Met andere woorden: alle andere dingen worden niet meer geregistreerd door onze zintuigen, omdat wijzelf op dat moment helemaal gericht zijn op dat ene ding waarmee we mee bezig zijn (bijvoorbeeld: het luisteren van een prachtig muziekstuk, het lezen van een spannend boek, het kijken van een inspirerende film, of in een boeiend gesprek zijn met een goede vriend). Zoals je weet, nemen onze ogen vormen en bewegingen waar, onze oren geluiden, en onze neus geuren. Maar op zulke gefocuste momenten hebben onze zintuigen zichzelf ”teruggetrokken” en wordt er niets anders meer waargenomen, dan alleen dát waar we mee bezig zijn. Dít is pratyahara.

In normale omstandigheden is het zo dat we reageren op onze zintuigen (wat we zien, horen, etc), en niet dat ”wijzelf” vertellen wat onze zintuigen moeten doen. Dit laatste is wel het geval in ”pratyahara”. Een mooi voorbeeld om duidelijk te maken is bijvoorbeeld als we op een groot drukke plein een vriend proberen te zoeken. Je loopt tussen zoveel mensen, je probeert jezelf tussen al het hectiek en iedereen door te wringen, maar omdat je je zintuigen zo stuurt naar kenmerken van je vriend, zal je het lawaai om je heen niet opvallen, zal je de andere mensen niet precies waarnemen, ofwel al het anderen zullen niet in detail worden geregistreerd door je zintuigen, puur omdat jij je zintuigen (simpelweg) ”zegt” waar ze naar toe moeten gaan.

In de voorbeelden hierboven zijn we in ”actie”, gericht bezig met een handeling zodat onze zintuigen de rest niet meer waarneemt. Op deze manier is de principe van ”pratyahara” makkelijk uit te leggen. Maar uiteindelijk, zoals Patanjali bedoelt in de Yoga Sutra, zijn we in ”pratyahara” als we aan het mediteren zijn. Ik hoop dat je snapt dat het dan net ietsjes moeilijker is om je ”zintuigen te laten terugtrekken” of ”je zintuigen een specifiek opdracht te geven voor een gedurende tijd” terwijl je gewoon maar ”zit”. Tenminste, elke keer als ik begin met (een poging tot) mediteren gaan mijn gedachtes alle kanten uit. Ik vind het nog steeds erg moeilijk om ”al het andere” te kunnen uitzetten, of mijn zintuigen te sturen naar alleen dát ding, en ook zorgt dat ze daar blijven.

Ik beschrijf het bovenstaande alinea om nog een ander essentieel aspect uit te leggen, wat mij voorheen ook niet duidelijk was, maar toch heel belangrijk is om te realiseren. Zoals ik in het voorgaande alinea aangeef is dat ”prathayara” een staat is waarin we (moeten) zijn als we echt in meditatie zitten. Met andere woorden: ”pratyahara is de resultaat wanneer we in een staat zijn van ”dharana”, ”dhyana”, of ”samadhi”. In de Yoga Sutra’s wordt ”pratyahara” wel als eerst vermeld (als 5de stap), maar niet omdat het eerder tot stand komt, maar wel omdat het te maken heeft met de zintuigen en niet met je geest. En daarom is ”pratyahara” meer buiten gericht (externer) dan ”dharana”. Je kunt dus niet zeggen dat je eerst een half uur asana’s gaat beoefenen, dan pratyahara voor half uur, en dan dharana voor een uur. Het proces werkt niet op deze manier. Je kunt niet zeggen ”ik ga nu dhyana beoefenen”, of ”ik ben nu aan het mediteren”. Het zijn concepten die je niet ”doet”, maar het zijn concepten die simpelweg gebeuren of tot stand komen als de voorwaardes kloppen.

Dharana10,12

‘Vasthouden van één enkel object – de contact’

In het woord Dharana komt het gedeelte ”Dhṛ” in voor wat letterlijk ”vasthouden” betekent. Wat je vasthoudt in Dharana is je volkomen aandacht/concentratie dat gericht is op één plaats, object, of een idee. Dharana is dus de vaardigheid om je gedachtes in focus te brengen en deze aandacht te blijven vasthouden op één punt. Als je je in de toestand van echte dharana verkeert dan zal je niet meer bewust zijn van jouw lichaam (en alles wat jouw lichaam dan voelt), en zullen ook al jouw onrustige gedachtes stoppen; je bent dan nu in staat om de focus te houden op het meditatie-object zonder enige afleiding.

Anders gezegd: wat er in dharana gebeurt is dat we condities voor de geest/gedachtes creëren om zijn/haar aandacht te focussen naar één richting in plaats van de gedachtes te sturen naar allerlei verschillende richtingen. De juiste condities kunnen bijvoorbeeld ontstaan door diepe beschouwingen/overdenkingen en reflectie. Hierdoor zal de focus op dit ene punt (waar we voor hebben gekozen) intenser worden. We moedigen dan één specifieke acitiveit van onze gedachtes aan, en hoe intenser deze wordt, hoe meer de andere activiteiten van onze gedachtes zullen wegvallen.

Kortom: Dharana is de conditie waarin onze geest/gedachtes focust en concentreert op exclusief een enkel punt. Dit punt kan dus van alles zijn, maar het is altijd één enkel object. Dharana is dan maar één stap verwijdert van dhyana, vedieping of meditatie

Dhyana1,10,13

‘De link tussen jou en dat ene object – de verbinding/connectie’

In het Sanskriet betekent Dhyana ”verdieping, beschouwing, reflectie” en ”diepgaand, abstracte meditatie”. Maar wat wilt dit nu precies zeggen? Wat is dhyana nu precies in relatie tot dharana? Ik stelde mezelf deze vragen vooral ook omdat je op ”internet” te lezen krijgt dat dharana inderdaad het vasthouden van aandacht is op één object/plaats/idee; daarentegen wordt dhyana uitgelegd als het één worden met dat object, ofwel de samenvoeging van de gedachte/jezelf met dat object. Maar Desikacher beschrijft dit begrip toch net iets anders. Ik moet eerlijk bekennen dat ik mezelf meer kan vinden in zijn uitleg (aangezien vele sites Samadhi ook beschrijven/definiëren als het één worden, en ik hierdoor niet het verschil zag tussen dhyana en samadhi).

Tijdens Dharana gaat de gedachte/de geest in één richting op (naar een bepaald obecjt) zoals een klein kalm riviertje – niets anders gebeurt er. In Dhyana zal diegenen betrokken raken bij dat ene specifieke object; ofwel dhyana is dus de vaardigheid om je te kunnen samenvoegen met dat bepaald object waar je je op concenteert. In dhyana is er een link tussen de zelf en het object gevestigd. Met andere woorden: je neemt een bepaalde object waar en tegelijkertijd zal je er continu mee communiceren. Dharana moet éérst plaatsvinden, voordat er dhyana in zijn werking kan gaan; want je gedachtes moeten eerst kunnen focussen op een bepaald object (contact maken) voordat er een verbinding kan ontstaan (connectie). Dus dharana is de contact, en dhyana is de connectie.

Samadhi10,14,15,16

‘Samenbrengen / samenvoegen – het één worden’

Samadhi betekent ”een staat van eenheid”, ”totale absorptie”, ”het samenbrengen”, ”de samenvoeging/samensmelting”, ”zelf-verzamelheid”. Vanuit de Hindoeisme en Buddhisme is samadhi de allerhoogste staat van concentratie die iemand kan bereiken terwijl deze persoon nog steeds is verbonden met het lichaam, waarmee hij/zij verenigd wordt met de hoogste realiteit.

Dat is nogal wat, vind je niet? Maar wat wil dit nu uberhaupt zeggen? In mijn ogen legt Desikacher het heel mooi uit. In dhyana gaat het om de verbinding tussen jou en het ene specifieke object (waar je in dharana op concentreert). Deze verbinding wordt steeds sterker en sterker, en uiteindelijk (in Samadhi) is er niets meer wat tussen jou en object kan komen, er is niets wat jou afzondert van het object; in plaats daarvan meng je je met het object en wordt je één met het object. In deze toestand, in Samadhi verdwijnt compleet onze identiteit – onze naam, beroep, familie geschiedenis, je rijkdom, je lichamelijke toestand, je verdriet, je blijdschap, etc. Op het moment van Samadhi bestaat niets meer van dat alles. Je bent compleet los van elk geschiedenis die je hebt gehad, van elk emotie die je hebt. Maar het gaat nog verder.

Samadhi is ook het overstijgen van het lichaam (materie). Het is een staat van non-dualiteit, het één worden met alles en iedereen, en het realiseren en het totaal begrijpen van het Absolute (dat wat er altijd is geweest, is, en altijd zal blijven). Patanjali beschrijft verschillend stadia van Samadhi. Door één van deze stadium zal je de wereld helemaal begrijpen en zien zoals die is, op een manier dat je er niet meer door wordt beïnvloedt wordt. Maar je bent zelf wel in staat om het te beïnvloeden. Je wordt dan niet meer geraakt door de buitenwereld, en zal je de last niet meer op je schouders dragen. Externe factoren zullen geen invloed meer op je hebben, terwijl je de externe wereld maar al te goed begrijpt.

Dit alles gebeurt omdat je bewust wordt en begrijpt wat je wel bent en wat je niet bent. Je wordt bewust van Purusha (de Absolute/Bewustzijn) en Prakritti (materie). Door de bewustwording van Purusha zie en begrijp je de externe wereld (Prakritti) simpelweg zoals die is. En deze bewustwording wordt beschreven als ”verlichting/vrijheid”.

In Purusha & Prakritti kan je meer lezen over deze twee begrippen.

Bronnen

  1. Wikipedia
  2. https://www.arhantayoga.org/blog/how-to-practice-the-yamas/
  3. https://isha.sadhguru.org/us/en/wisdom/article/brahmacharya-meaning-significance
  4. https://www.artofliving.org/us-en/yoga/beginners/aparigraha-yamas-non-accumulation
  5. https://yogawithamey.com/saucha.html
  6. https://yogainternational.com/article/view/yoga-philosophy-basics-the-5-niyamas/
  7. https://www.yogapedia.com/definition/5364/svadhyaya
  8. https://www.yogapedia.com/definition/4951/asana
  9. https://www.yogapedia.com/definition/4990/pranayama
  10. Desikachar, T. K. V. (1995). The Heart of Yoga: Developing A Personal Practice. Inner Traditions International.
  11. Roach, G. M & McNally, C. (2010). Over de werking van Yoga: Een verhaal van wijsheid. Uitgeverij Petiet, Barchem (NL).
  12. https://www.ananda.org/yogapedia/dharana/
  13. https://www.ananda.org/yogapedia/dhyana/
  14. https://www.ananda.org/yogapedia/samadhi/
  15. https://www.britannica.com/topic/samadhi-Indian-philosophy
  16. https://savy-international.com/meditation/samadhi/